© Michael Somoroff
Milton Glaser is waarschijnlijk de beroemdste grafisch ontwerper in de VS, bekend als hij is van zijn I ♥ NY logo en zijn Bob Dylan poster uit 1967. In zijn jonge jaren was Glaser leerling van de schilder Girogio Morandi in Bologna. Terug in de VS richtte hij met Seymour Chwast de Push Pin Studio op. In 1968 begon hij met Clay Felker het New York Magazine. In 1974 begon hij zijn eigen bureau, Milton Glaser, Inc., en sindsdien heeft hij spectaculaire ontwerpen, illustraties, publicaties en posters gemaakt. Hij heeft solo-exposities op zijn naam staan in het MOMA in New York en in het Centre Pompidou. Sinds 1975 is hij lid van de AGI (Alliance Graphique Internationale). In 2009 was hij de eerste grafisch ontwerper die de National Medal of the Arts ontving. Tegenwoordig wordt hij beschouwd als één van de meest uitgesproken pleitbezorgers voor ethische toepassing van grafisch ontwerp.
Milton Glaser is in elk gezelschap altijd de langste persoon. Zelfs als hij gaat zitten om met je te praten, ziet hij eruit als een reus. Hij domineert de situatie met zijn lengte maar ook met zijn hooggestemde ideeën. Een gesprek met hem draait als snel uit op een college over de Aard van de Werkelijkheid of de Toestand in de Wereld. Als je naar hem luistert, krijg je het gevoel dat grafisch ontwerp een tak van de filosofie is.
Hoewel 90% van zijn werk uiteindelijk vorm krijgt in het platte vlak – gedrukt op papier – zijn Glaser’s ontwerpen het resultaat van een proces dat ook andere dimensies verkent: historie, samenleving, politiek, ethiek en cultuur. “Maar absolute waarheden bestaan niet,” zegt hij. “Het besef dat er op geen enkele vraag een definitief antwoord bestaat, inspireert me om nieuwe vormen te creëren.”
Een aantal nieuwe vormen die Glaser tegenwoordig creëert: de re-branding van het Koninkrijk Bhutan – inderdaad, het land in de Himalaya - affiches voor het laatste seizoen van de tv-serie Madmen; een boek getiteld The Design of Dissent: Socially and Politically Driven Graphics; nieuwe verpakkingen voor het populaire bedrijf Brooklyn Brewery; een controversiële re-branding campagne voor de klimaatbeweging.
In zijn hart is Glaser een filosoof, maar dat maakt hem nog geen kluizenaar. Hoewel hij al 86 is, blijft politiek engagement een van zijn speerpunten.
Véronique Vienne:
Drukwerk is uw leven en uw werk, maar aan de telefoon vertelde u dat u twijfels had over de rol van papier in het digitale tijdperk. Kunt u dat toelichten?
Milton Glaser:
Ja, er moet mij iets van het hart als het om papier gaat, of specifieker, als het om boeken gaat. Wij leven in een tijd waarin we moeten stoppen met het drukken van boeken die in de kast staan zonder te worden gelezen. Boeken worden op zijn hoogst één keer gelezen, vervolgens weggezet en nooit meer bekeken. Ik weet dat er in elk huis – ook in het mijne – duizenden boeken staan die alleen maar ruimte in beslag nemen.
Maar mensen houden van boeken!
Ik zeg niet dat we boeken moeten verbranden! Waar ik voor pleit is dat wij stoppen met de productie van de meeste boeken. Tegenwoordig hebben we andere manieren om kennis te delen. Dat kunnen we elektronisch.
Nee, ik bedoel dat boeken opnieuw moeten worden uitgevonden.
De boeken van nu moeten kunstwerken zijn. Ze moeten onmiddellijke ervaringen bieden, zoals een schilderij. Daar kun je je hele leven naar kijken zonder er genoeg van te krijgen. Het kan voor altijd een bron blijven van plezier, kennis en informatie. Zo moet je ook van boeken kunnen genieten zonder ze te lezen. Stel je een boek voor dat je open op tafel kunt leggen, een boek met als belangrijkste functie dat je ernaar kunt kijken, erin kunt bladeren, er mee kunt spelen en datje altijd bevrediging zal blijven geven.
Kunt u een voorbeeld geven?
Heel toevallig nam Joshua Prager, vooraanstaand schrijver en journalist, onlangs contact met me op. Hij bood me de kans om mijn theorie te testen. Aanvankelijk wilde hij dat ik een boek zou ontwerpen met inspirerende citaten: een citaat voor elke verjaardag, van één tot honderd jaar. Ik heb hem ervan overtuigd om het boek te veranderen in iets dat op een boek lijkt maar dat deels een sculptuur is, deels poëzie, deels bloemlezing en deels kunstwerk. Ik ben ervan overtuigd dat boeken veel meer kunnen zijn dan alleen leesmateriaal.
Het citatenboek dat ik heb gemaakt is een mengvorm van verhaal, vorm en kleur. Terwijl je bladert worden de bladzijden steeds donkerder, zowel horizontaal als verticaal, van lichte pastelkleuren naar diep blauw- en groentinten. Ik heb het papier nog niet geselecteerd. Het enige dat ik al weet is dat het mat en toch helder moet zijn, om de subtiele kleurvariaties te versterken.
Ziet u de teloorgang van traditionele boeken als een positief gevolg van het digitale tijdperk?
We weten niet welke gevolgen al deze veranderingen zullen hebben. Door elektronische apparaten wijzigt onze relatie met boeken, maar ook die met vrienden, collega’s en familie. Misschien moeten we nog lang wachten voordat duidelijk wordt welke invloed de digitale wereld heeft op onze cultuur. We weten alleen maar dat die invloed er is – zowel positief als negatief!
Titel - Post / Past
Designer - Milton Glaser
Publicatiedatum - 2014
Klant - Hermitage Museum
Heeft digitaal design uw werk al beïnvloed?
Natuurlijk. Eén van mijn favoriete affiches is een digitaal beeld dat ik onlangs heb ontworpen voor de Hermitage in St-Petersburg. Ik kon op het papieroppervlak een reeks van visuele lagen aanbrengen, ongeveer tien verschillende. Maar ik heb niet systematisch gewerkt. Integendeel. Dankzij de computer kon ik speels en eigenzinnig zijn. Eerst combineerde ik twee beelden. Daarna voerde ik een patroon in en daarbovenop legde ik een raster. Toen kreeg ik de ingeving het raster te wijzigen en vervolgens een ander patroon in te voeren. Naderhand maakte ik een aantal kleuren minder intens en andere juist intenser. Enzovoort.
Mijn doel was het papier te veranderen in iets anders dan een plat oppervlak. Ik wilde de grenzen van papier verleggen. Ik had eeuwig door kunnen gaan. De echte vraag in dit digitale spel is: hoe je weet wanneer je klaar bent? Op welk moment stop je?
Wanneer bent u gestopt?
De grenzen van papier zijn de grenzen van de opdracht. En dan zijn er ook jouw behoeftes en die van je publiek. Maar eerlijk gezegd had ik eerder kunnen stoppen – of nog tien lagen langer kunnen doorgaan.
Denkt u dat het mogelijk is de tweedimensionale begrenzing van drukwerk te doorbreken?
Geef toe: het verschil tussen digitaal en analoog wordt steeds vager. Ik vind het steeds moeilijker om het onderscheid te maken. Neem bijvoorbeeld mijn werk. Naast illustraties, posters en boeken, heb ik verpakkingen ontworpen, systemen voor bewegwijzering, logo’s, lettertypes, magazines, interieuren en zelfs producten. Toch kan ik nog steeds twee- en driedimensionale ontwerpen niet van elkaar onderscheiden. Voor mij maakt het allemaal deel uit van dezelfde illusie. In principe geloof ik niet dat er een absolute werkelijkheid bestaat. Wat wij realiteit noemen, is een voorstelling samengesteld in ons brein.
Maar vindt u ook niet dat op papier gedrukte beelden “echter” lijken dan beelden die we op beelscherm zien?
Mensen associëren authenticiteit, dus werkelijkheid, met tactiliteit. Als je iets kunt aanraken, dan is het echt. Daarom voelt iets dat op ruw papier met een voelbare textuur is gedrukt, “echter” dan iets dat op glad en glimmend papier is gedrukt of iets dat op een glanzend scherm wordt getoond.
Toch is authenticiteit een riskant onderwerp. De prachtig gedrukte, gesigneerde, geautoriseerde reproductie van mijn bekende Dylan-poster is veel minder “authentiek” dan de poster die bij het Bob Dylan’s Greatest Hits album in 1967 zat. Eerlijk gezegd ziet de nieuwe poster er een stuk beter en helderder uit dan het origineel, dat op goedkoop papier was gedrukt. Toch is die poster veel minder waardevol omdat het niet “de echte” is.
Maar voor mij hebben onderwerpen als tactiliteit en authenticiteit meer te maken met de hand dan met het papier zelf.
Wat bedoelt u?
Voor mij is de belangrijkste kwestie van het digitale tijdperk de relatie tussen de hand en het ontwerpproces. Steeds minder ontwerpers tekenen met de hand en dat is een verschrikkelijk verlies. Ze maken zich geen voorstelling meer van alternatieve vormen omdat ze online kant-en-klare beelden vinden. In mijn visie “vinden” ze ontwerpen in plaats van dat zij ze zelf creëren.
Maar Picasso zei altijd: “Ik zoek niet, ik vind.”
Picasso was altijd aan het tekenen! Tekenen heeft niet te maken met een afbeelding creëren, maar met je alertheid vergroten. Als je iets tekent, dan verscherpt je aandacht. Op die manier begin je de wereld te begrijpen. Tekenen gaat over begrijpen. En aangezien de hand een aangepast brein is – niet slechts een uitbreiding van het brein – is met de hand tekenen eigenlijk tekenen met een deel van je brein.
Voor mij is dat de meest bijzondere ontmoeting: een ruw oppervlak – papier – waarop een schrijfgereedschap een spoor trekt. Voor een ontwerper is dat de essentie.